Skip to main content
P+ Logo
Best Practices voor een duurzame toekomst
Gemeenten
Gemeenten
07 september 2016

Ambities circulaire economie naar dorpswethouder

Alle milieuwetten gaan op in de nieuwe Omgevingswet, die in 2019 ingevoerd moet zijn. Dat lukt nooit, voorspellen deskundige automatiseerders. Internationale ambities van Nederland op gebied van de circulaire economie zijn straks voor de dorpswethouder.

De kritische software-ontwikkelaars komen aan het woord in een analyse op de website van iBestuur, geschreven door Bas Linders. De belangrijkste kritiek is dat de volksvertegenwoordiging de nieuwe Omgevingswet heeft goedgekeurd, zonder na te gaan of deze technisch uitvoerbaar is. Veel bestaande regelingen staan nu nog in aparte softwarepakketten, zodat per aanvraag bezien kan worden of er een vergunning verleend kan worden. In de nieuwe Omgevingswet worden de 26 bestaande wetten en ruim honderd Algemene Maatregelen van Bestuur (AMVB’s) samengebracht in één nieuwe wet met nog maar 4 AMVB's. Om het meer hanteerbaar te maken is wordt er flink geschrapt in de regelgeving. Wat de consequenties hiervan zijn voor het milieu, afvalverwerking of de toekomst van de circulaire economie is nu nog volkomen onduidelijk.

De bedoeling is goed. Het moet eenvoudiger, overzichtelijker, transparanter en vooral interactiever worden. Voor zaken zoals bouwen, milieu, waterbeheer, ruimtelijke ordening en monumentenzorg moet je als bedrijf straks niet meer te maken krijgen met een overheid die zegt ‘dat gaat zo maar niet’, maar met een partner die kijkt hoe je wensen het beste kunnen worden vervuld, zo legt de website van iBestuur de intentie uit.

Maar zoveel verschillende gebieden in 1 programma stoppen? Een van de softwarebouwers legt beeldend uit voor welke opgave hij en zijn collega’s komen te staan. Remko Koenders van Roxit stelt dat een enkele regisseur niet meer voldoet. “Het gaat hier niet om één toneelstuk, maar om een heel theaterfestival. Het minste wat je dan nodig hebt is een festivaldirecteur.”

Maar wat van die festivalmaker verwacht wordt, weet ook Koenders niet. “Wij kunnen pas echt software gaan maken op het moment dat we weten wat het moet worden. Daar zitten wij op te wachten.”

Minister Melanie Schultz van Infrastructuur en Milieu, zo klinkt in het stuk door, heeft verzuimd vooraf deskundigen om raad te vragen. Dat zegt ook Noor Ferket van Centric – een van de grote spelers in de gemeentelijke softwaremarkt. “Het is heel raar dat als je zo’n grote stelselwijziging gaat doen je niet eerst even in kaart brengt wie de spelers zijn en even toetst welke ideeën daar leven.”

Dat belooft niet veel goeds en 'Den Haag' moet nu reageren op de zorgen van de software leveranciers. De kritiek is hard aangekomen bij de volksvertegenwoordiging. Geen wonder, want de overheid heeft een akelig slechte traditie opgebouwd in het opzetten van mislukte automatiseringsprojecten.

Ook de bouw en invoering van deze Omgevingswet gaat heel veel geld kosten. Alleen al de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG)heeft een bedrag van 3,6 miljoen bestemd voor een project over de ‘Informatievoorziening Omgevingswet” plus ruim 2,5 miljoen voor het inrichten van een ‘intergemeentelijke coöperatieve uitvoeringsorganisatie’. Dat er voor de softwarebouwers dus veel geld te verdienen valt is duidelijk. Of er echter een goed werkend programma uit de bus gaat komen, dat is op dit moment nog een hele grote vraag.

Hoe kan zo’n complexe bundeling zo makkelijk en vrijwel zonder enig rumoer zowel de Tweede als de Eerste Kamer passeren? Dat heeft vooral met het karakter van deze Omgevingswet te maken, dat is een ‘kaderwet’, waarvan alle details nog in vier AMVB’s moeten worden uitgewerkt. Pas bij de invulling en toepassing worden de problemen duidelijk. Ook wat er allemaal aan milieuwetgeving sneuvelt door de desastreuze vereenvoudiging is nog onduidelijk.

Misschien nog wel desastreuzer zijn de consequenties die er zijn voor de torenhoge ambities van Nederland op het gebied van de circulaire economie. Nederland wil gidsland op dit gebied worden en daarvoor is stimulerend nationaal beleid nodig. De werkelijkheid van straks is echter dat gemeenten, provincies en Waterschappen niet langer vastzitten aan strenge ‘Rijksregels’, maar eigen ‘omgevingsbeleid’ mogen maken.

Onderzoeker Linders: “De richting van de Omgevingswet gaat van Rijksoverheid naar gemeentelijke overheden, naar wethouders en ambtenaren die nu nog geen flauw idee hebben waar ze straks allemaal over moeten beslissen. En dat in zo’n dichtbevolkt land als Nederland. Als je een voorproefje wilt hebben hoe dat er uiteindelijk uit kan komen te zien, moet je voor de grap eens langs de Belgische kust rijden. Knokke is een goede plek voor Nederlandse beleidsmakers om te detoxen.”

De situatie wordt dus zo dat de wethouder van bijvoorbeeld een armlastige gemeente als Wijdemeren straks een beslissing moet nemen over een aanvraag van een circulaire onderneming die de circulaire economie van Nederland op de wereldkaart moet zetten.

Hoe zich dat verhoudt tot het komende ‘Rijksbrede programma voor de circulaire economie’ is vooralsnog onduidelijk. De ministerraad vergadert daar vrijdag over. Grote programma’s als VANG (Van Afval naar Grondstof) en het landelijke afvalprogramma komen daaronder te vallen. De Tweede Kamer zal er op 5 oktober over praten, als het gaat over de voortgang circulaire economie. Vraag is of de Kamerleden zich nu wel beginnen af te vragen wat er van hoge landelijke milieuambities terecht komt als over de praktische uitvoering vervolgens lokaal zal worden besloten.

Softwaremakers laken gebrek aan overleg Omgevingswet

Blog van Bas Linders over Omgevingswet op iBestuur